Intel probeert Oracle nog steeds over te halen om zijn licentiebeleid met betrekking tot dual-coreprocessors te hierzien. De databasegigant, die met de recente miljardenfusie PeopleSoft en J.D. Edwards heeft ingelijfd, heeft besloten om klanten voor iedere core apart te laten betalen. Intel pleit er daarentegen juist voor om licenties per complete processor te verkopen. De chipbakker wordt daarbij gesteund door HP, zijn grootste partner op het gebied van high-end Itanium-servers. Later dit jaar zal de eerste dual-core Itanium verschijnen in de vorm van Montecito, gevolgd door varianten met vier of nog meer cores in de jaren daarna. Hetzelfde verhaal geldt voor Xeons. De hardwarebedrijven vrezen dat softwarekosten van Oracle de pan uit zullen rijzen als het vasthoudt aan zijn huidige beleid. Het tegenargument is dat er juist minder processors nodig zullen zijn voor dezelfde prestaties, zodat klanten die per core betalen netto nog steeds even duur uit zijn.
Een nieuw argument dat Intel en HP in de strijd gooien is dat van virtualisatie. Als servers op processorniveau verdeeld kunnen worden in meerdere partities en er zelfs software gedraaid kan worden op virtuele cores wordt het te verwarrend om per core licenties te verkopen. Volgens HP is het dan ook een kwestie van tijd voor Oracle zijn standpunt moet gaan herzien. Ondertussen zijn andere softwarebedrijven wel - of in ieder geval deels - overtuigd door de lobby van Intel. Microsoft zal zijn producten per processor verkopen, en BEA rekent voor de tweede core slechts een kwart van het bedrag dat normaal voor een tweede processor betaald moet worden.

Ook bij bedrijven die alleen in processors denken wil men echter meer flexibiliteit loskrijgen. In de high-end wereld is het namelijk niet ongebruikelijk om bijvoorbeeld bij een klant die 16 processors nodig heeft een server met 32 processors neer te zetten, waarvan de helft gewoon niet gebruikt wordt. Zodra er later extra capaciteit nodig is zal deze praktisch direct beschikbaar zijn, en pas vanaf dat moment hoeft er voor de in eerste instantie overtollige hardware betaald te worden. Met virtualisatie en meerdere cores per processor worden dit soort verkoopconstructies makkelijker en dus waarschijnlijk ook populairder om te gebruiken. De softwarelicenties zijn vaak echter niet flexibel genoeg om met deze scenarios om te gaan. Het bedrijf uit het voorbeeld zou vanaf dag één al voor 32 processors software moeten betalen, en van dat 'ouderwetse' idee willen Intel en HP dus ook af.