Het Franse x86-secret vroeg zich af hoeveel energiekosten een computer precies oplevert en besloot, gewapend met een arsenaal multimeters en oscilloscopen, dit zelf te gaan meten. Het eerste probleem dat zich bij dergelijke metingen stelt is de vraag waar het verbruik precies gemeten moet worden, aangezien het niet mogelijk is dit rechtstreeks op de socket te doen. Als alternatief werd daarom gekozen om de stroom op de extra hulpconnector voor de processor te meten, evenals op de verschillende spanningslijnen van de ATX-connector. Ook het moment van de meting is van belang, aangezien men wil weten hoeveel energie een processor verbruikt als hij idle is, maar vooral wanneer hij volledig belast wordt. Daarom voerde men eerst enkele tests uit waaruit bleek dat het draaien van Prime95 voor een bijna maximale belasting zorgde. Door gelijktijdig CPUMark99 op te starten verkreeg men het hoogst mogelijk energieverbruik.

Voor de Pentium 4 blijkt er echter een Intel-tool te zijn, P4PowerMaxHT, die met behulp van enkele verborgen instructies erin slaagt om 400mA extra verbruik te veroorzaken. Vervolgens kon men echter eindelijk aan het testen gaan. Opvallend is overigens dat in deze tests de Pentium 570J, die gekenmerkt wordt door een variabeler stroomverbruik en de IEST-technologie, niet meegenomen wordt. Uit de eerste test blijkt meteen, niet geheel onverwacht, dat de Pentium 4 560 op 3,6GHz de grootste stroomvreter is met een verbruik van 98W. Voor een AMD-chip moeten we in deze grafiek meteen afdalen naar de vierde plaats, waar een Athlon 64 FX-55 op 2,6GHz net geen 90W verbruikt. De zuinigste chip is hier logischerwijze de Pentium M 755 op 2,0GHz, die met zijn 16W amper een zesde verbruikt van de gulzigste cpu.
Omdat niemand een processor alleen gebruikt werd ook het verbruik van enkele volledige systemen gemeten. Ook hier zien we geen verrassingen, met een Pentium 4 560 E op 3,6GHz aan de leiding. Opvallend is wel dat een P4 EE-systeem hier net onder een systeem op basis van een Northwood-processor ligt, wat te verklaren valt door het gebruik van het zuiniger DDR2-geheugen. Dit is ook de verklaring voor het feit dat de Pentium 4 540 een gelijk verbruik kent als de Althon 64 FX-55. Ook in deze test vallen de Pentium M-systemen op door hun zuinigheid. Met een laatste test wil x86-secret nog even de vergelijking maken tussen een Athlon 64 op 130nm en een chip die op 90nm gebakken werd. Hier zien we dat de 130nm NewCastle-core duidelijk de grootste energievreter is, met een verbruik dat bijna dubbel zo hoog is als dat van de Winchester-core die op 90nm gebakken werd. Bij de Prescott's met verschillende cores is echter geen verschil te merken wat betreft energieverbruik.
![]() | |||
![]() | ![]() | ||
![]() | |||
![]() | P4 'E' 560 3,6GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | P4 'E' 550 3,4GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | P4 'E' 540 3,2GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | A64 FX-55 2,6GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | A64 4000+ 2,4GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | P4 EE 3,4GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | P4 'C' 3,4GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | P4 'C' 3,2GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | A64 3200+ 2,2GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | P-M 715 op 2,25GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() | |||
![]() | P-M 755 2,0GHz | ![]() ![]() ![]() | ![]() |
![]() |