Het U.S. Patent and Trademark Office (USPTO) heeft opnieuw beslist dat het inmiddels beruchte '906'-patent van de universiteit van Californië ongeldig is, zo meldt The Register. Deze uitspraak kan van belang zijn in de nog lopende rechtszaak van de enige licentiehouder Eolas Technologies, een aan de universiteit gelieerd bedrijfje. Begin maart van dit jaar kwam het USPTO tot exact dezelfde conclusie. De nieuwe uitspraak is de uiteindelijke uitspraak over dezelfde klacht; in maart ging het slechts om een beslissing in de voorbereidende fase. Volgens een bron die kennis zou hebben genomen van de inhoud van de documenten worden uiteindelijk alle tien de onderzochte patentclaims afgewezen. Het omstreden patent beschrijft een technologie die het mogelijk maakt om in dezelfde webpagina informatie weer te geven die een browser zonder extern programmaatje niet kan tonen.
Hierbij valt te denken aan plug-in-technologie zoals die gebruikt wordt voor bijvoorbeeld het weergeven van Flash-animaties of pdf-documenten op een website. Vorig jaar werd Microsoft door de rechter veroordeeld tot het betalen van 520 miljoen dollar schadevergoeding aan Eolas omdat Internet Explorer inbreuk zou maken op het patent. Daarop besloot de Redmondse softwaremaker om zijn browser aan te gaan passen om verdere problemen te voorkomen. Naast een grote strop voor softwareontwikkelaars als Macromedia, Real Networks en Adobe, zou dit ook hebben betekend dat veel oudere websites niet meer goed zouden functioneren, wanneer browsers geen gebruik meer van plug-ins hadden mogen maken. Daarom pleitte Tim Berners-Lee, de voorzitter van het W3C voor een onderzoek naar de patentverlening.
Volgens hem had het patent namelijk nooit toegekend mogen worden, omdat er 'prior art' zou bestaan. Diezelfde stelling voerde Microsoft aan in een hoger beroep in de rechtszaak. De technologie die de universiteit van Californië wilde patenteren zou volgens het bedrijf reeds eerder in de Viola-browser aanwezig zijn geweest. Die procedure is nog steeds niet afgerond, maar de beslissing van de octrooiautoriteit mag wel de beste steun in de rug genoemd worden die Microsoft had kunnen krijgen bij zijn verweer. Ook de strijd over het patent zelf is nog niet gestreden overigens. De universiteit en Eolas kunnen de kwestie nog eens voorleggen aan de patentautoriteit. Mocht men daar wederom geen gehoor vinden, dan kan men in beroep bij het Board of Patent Appeals and Interferences. Ten slotte is er nog een laatste beroepsmogelijkheid bij het Federal Circuit Court of Appeals in Washington.