Het College Bescherming Persoonsgegevens heeft Brein toestemming gegeven voor het bijhouden van een "anti-piraterij databestand", waarin de IP-adressen en andere gegevens van (mogelijke) muziekpiraten worden bijgehouden. Het CBP heeft de werkwijze van Brein getoetst aan de geldende privacywetgeving en ziet over het algemeen geen problemen met de manier waarop de stichting de gegevens verzamelt, verwerkt en opslaat. Wel stelt het college enkele voorwaarden waar Brein zich aan zal moeten houden, zoals het op de hoogte stellen van de personen die in de database worden opgenomen en het instellen van een maximale bewaarduur.
Het enige feit waarvoor Brein op de vingers getikt wordt is het doorspelen van gegevens naar zusterorganisaties zoals de RIAA in de Verenigde Staten. Omdat men in Amerika naar Europese standaarden geen passend beschermingsniveau hanteert voor dit soort gegevens zou zo'n uitwisseling volgens het controleorgaan alleen mogen plaatsvinden wanneer er daadwerkelijk sprake is van (concrete plannen voor) een gerechtelijke procedure.
Hoewel het CBP uitgaat van Breins oprechtheid vraagt Bits of Freedom zich ernstig af of de stichting daadwerkelijk kan werken zoals ze zelf omschrijven. Brein heeft zelf namelijk niet de bevoegdheid om de persoongegevens die horen bij een bepaald IP-adres te verzamelen, en kan mensen dus alleen op hoogte stellen van de opname in hun database met medewerking van de provider. De meeste providers verstrekken de nodige gegevens echter pas als er sprake is van een dwangbevel, wanneer het voor het 'slachtoffer' dus eigenlijk al te laat is.