Introductie
Sinds een tijdje heeft Enermax weer een nieuw hebbeding in het assortiment: de CS-5190AL. We hebben er op de FP al eens melding van gemaakt, en een tijdje later kreeg ik een review-exemplaar toegestuurd. Deze kast is volledig gemaakt van aluminium; dit maakt hem licht en het zorgt tevens voor een goede koeling. Maar het meest opvallende aan deze kast is toch wel het uiterlijk. In het OCE-forum hebben we het regelmatig over het schilderen van je kast, het maken van blowholes, baybussen en windowmods. Met deze kast hoef je dat in principe niet meer te doen: dat heeft Enermax al geregeld.
Het tweede wat opvalt: hij is diep. Ongeveer tien tot twintig centimeter dieper dan een standaard midi-tower. Dit heeft voornamelijk te maken met de schuin geplaatste voorkant die bijzonder in het oog springt. Het voordeel van zo'n schuine voorkant is dat je wat makkelijker bij zaken als een livedrive komt, een eventueel nadeel is een schuin geplaatst loopwerk. Of dat erg nadelig is, kun je elders in deze review lezen.
De kast is in drie kleuren verkrijgbaar: zwart, rood en zilver. De gebruikte lak wordt volgens de fabrikant ook in de auto-industrie gebruikt en is bijzonder stevig, al zou het wel prettig zijn als er een kleurnummer bij wordt vermeld
. Als je er namelijk een apparaat inschroeft, valt deze gelijk uit de toon door het kleurverschil ten opzichte van de kast. Met het kleurnummer zou je het frontje in dezelfde kleur kunnen spuiten.
De uitrusting; wat krijg je allemaal?
De kast is voorzien van de nodige extra's: twee 60mm, één 92mm en twee 80mm casefans zitten standaard in de kast, waarvan de 92mm en 80mm (alledrie intake) traploos geregeld kunnen worden met de ingebouwde baybus. In diezelfde baybus is voorzien in een thermometer met LC-display en een platte NTC-temperatuurvoeler.

De thermometer is compact, vrij accuraat dankzij de platte voeler en heeft een bereik van -50°C tot +100°C. Deed me een beetje aan een CompuNurse denken. Overigens heb ik dat temperatuurbereik nog even getest
.

Ook aan een patchpanel aan de voorkant is gedacht: er is voorzien in een gamepoort, twee USB-aansluitingen, geluids in- en uitgangen en een IEEE-1394-aansluiting. De geluidsuitgang heeft een volumepotmetertje. Dit paneel zit onderaan de kast, zodat je er alleen echt wat aan hebt als je de kast op je bureau zet, maar laten we eerlijk zijn: wie een kast als deze koopt, verstopt 'm niet onder z'n bureau
.

De kast beschikt over vier zichtbare 5,25" drivebays, en vijf 3,5" drivebays, waarvan er twee zichtbaar zijn. De uitrusting wordt afgemaakt door toevoeging van vier zwenkwielen met rem, een handig vakkendoosje met een ruime voorraad netjes gesorteerde schroeven en afstandsbusjes en voldoende aluminium slotplaten. Een voeding ontbreekt, waardoor je zelf kunt bepalen wat voor type, vermogen en merk voeding je wilt plaatsen, zonder naderhand een voeding over te houden.
Doordat de kast zo groot is, is er alle ruimte om de meeste hardware makkelijk kwijt te kunnen, en daarnaast ook nog werkruimte over te houden in de kast. Ik denk zelfs dat je er zonder veel moeite een klein waterkoeling-setupje in kwijt kan, zonder extra bakken en reservoirs naast, bovenop of achter de kast neer te moeten zetten, iets wat ook weer de geluidsproductie ten goede komt. Hierbij denk ik dan aan een waterkoeling puur om de lawaaiige luchtkoeling te vervangen; voor phasechange-setups en extreme waterkoeling is toch wat meer ruimte nodig, vrees ik
. Helaas had ik geen waterkoelset bij de hand, maar ook na inbouw van een handvol kaarten heb je nog steeds een zee van ruimte. Om het helemaal ruim te maken zou je het weghalen van het extra harddiskrekje kunnen overwegen.

Echt af wordt het pas met een stevige voeding, daarom mochten we er ook een Enermax EG465AX-VE(W) voeding met een vermogen van 431W bij uitproberen. Kijk voor meer details over deze voeding op pagina vier.
Het inbouwen van wat hardware
De kast kan voor een groot deel uit elkaar, een klusje waar je in dit geval twee schroevendraaiers en/of een muntje voor nodig hebt: een kruiskop- en een platte schroevendraaier, waarbij de schroeven waar alleen een platte inpast, ook met een stuiver verdraaid kunnen worden. Toch zou het mooier geweest zijn wanneer alles met één schroevendraaier uit en in elkaar kan. De kast is ook aan de binnenkant mooi afgewerkt.. geen scherpe randjes; precies zoals het hoort. De losse onderdelen doen wat gammel aan; vooral het paneel met het raam lijkt slap. Dit komt echter doordat het allemaal 2mm aluminium en perspex is; dus licht en dun, waardoor het wat wiebelig lijkt, maar het raam zit stevig vast. Het aluminium hoofdframe daarentegen kan het (ook kaal) qua stevigheid makkelijk opnemen tegen een conventionele stalen kast. Zit alles in elkaar, dan zit het gewoon stevig en strak; gewoon zoals het hoort.
Het inbouwen van het moederbord is een eitje met de uitneembare mainboardplaat; er zijn voldoende gaten aanwezig om vrijwel elk type ATX-moederbord erop kwijt te kunnen. De gaten voor de I/O-aansluitingen zijn voorzien van corresponderende kleurtjes volgens de PC-97 standaard.
De plaat is standaard voorzien van twee vrij dikke (zwarte) 60mm-ventilatoren, niet voorzien van een regelaar. Deze zorgen voor een ferme luchtstroom naar buiten en zuigen het beetje warmte wat nog overblijft naar buiten. Bij gebruik van het patchpanel verlies je één van de onderste sloten, omdat de kabels naar het panel toe via een 37-polige Sub-D connector naar buiten geleid worden. Mocht je daar toch geen gebruik van willen maken; je kan de interne kabel eenvoudig loskoppelen, zodat er geen losse kabel door je kast slingert. De echte tweaker kan natuurlijk z'n soldeerbout pakken en even een aangepast intern kabeltje bouwen welke direct aan geluidskaart, USB-connector en dergelijke gesoldeerd wordt, maar je zult dan zelf even uit moeten zoeken wat waarop aangesloten moet worden.
"Een schuin geplaatste cd-romspeler gaat trillingen veroorzaken"
Dit was mijn eerste gedachte toen ik de kast zag. Dus heb ik samen met de andere hardware een 50x A-Open in de kast geschroefd en daar naast een aantal gewone, ook een paar cd's met een slechte balans in gedraaid. A-Open heeft sinds het beroemde 32x-loopwerk de naam ook op hogere snelheid goed overweg te kunnen met slechtere cd's, mits de speler recht gemonteerd wordt. Staand of liggend maakt hierbij niets uit; het gaat erom dat de speler onder een vrijwel rechte hoek zijn rondjes draait.
Dit heb ik uit eigen ervaring ondervonden: bij rechte montage heeft de speler in kwestie weinig moeite met de cd's die ik hem voer; gebalanceerd of niet. Maar wat ik al vermoedde werd werkelijkheid: de cd-romspeler maakte in de Enermax-kast meer herrie dan in andere kasten, moest behoorlijk werken en had duidelijk moeite met opspinnen bij het gebruik van de ongebalanceerde cd's. Iets om rekening mee te houden, al moet ik er wel bij vertellen dat de gebruikte cd's al een aantal jaren oud zijn en de huidige productietechnieken lang niet zoveel foute cd's veroorzaken als pak-em-beet zes á zeven jaar geleden. Toch het vermelden waard. Mijn A-Open dvd-speler had minder moeite met trillingen, mede vanwege het lagere toerental, en bij Enermax zijn uitgebreide tests gedaan met verschillende merken en typen cd-spelers.
De ingebouwde ventilatoren houden de zaak lekker koel; alleen is de geluidsproductie wat aan de hoge kant. Dit komt voornamelijk door de lucht die langs de randen van het aluminium frame en door de gaten in het perspex beweegt. Gelukkig zijn de ventilatoren in de laagste stand vrij stil terwijl ze toch voldoende lucht aanzuigen voor normale temperaturen en trekt de voeding die ik voor deze review gebruikte ook behoorlijk wat lucht aan, waardoor de boel alleen voluit hoeft bij extreme warmte. Elke ventilator is overigens voorzien van een eigen voedingsconnector, waardoor je zelf kunt kiezen welke je gebruikt.
De Enermax EG465AX-VE(W) FCA
Enermax heeft sinds een tijdje een paar nieuwe voedingen in het assortiment, waarvan ik de EG465AX-VE(W) FCA ook even mocht lenen.

Deze voeding zit in een stijlvolle metallic-blauwe behuizing, compleet met de welbekende vergulde fingerguards en heeft, zoals je op het etiket kunt zien, behoorlijk wat power in huis. De voeding wordt gekoeld door een 80mm en een 92mm ventilator, welke gelijk voor een behoorlijke airflow zorgen; de eerste is regelbaar door een potmetertje aan de achterkant (regelbereik 1500-3000rpm), terwijl de 92mm een eigen kabeltje met voedings- en stuurlijnen naar het moederbord laat lopen. Voor diegene die daar geen aansluiting meer voor heeft maar toch de extra fan wil laten draaien, levert Enermax een adapterkabeltje mee. Dit betekent wel dat die ventilator dan op volle kracht draait en niet geregeld kan worden. De voeding wordt aanbevolen door AMD, heeft alle connectoren die je nodig hebt voor het voeden van een P4 en zelfs dualproc-borden komen ruim aan hun trekken met dit monster. Een totaal van acht 4-polige Molex-connectoren (zes keer de 5,25" en twee keer de 3,5"-uitvoering) zorgt ervoor dat je niet zo snel om een voedingsaansluiting verlegen zit en je dus niet met splitters hoeft te behelpen als je extreem veel aan te sluiten hebt.
Één van de grootste voordelen van deze voeding - zie ook het etiket hierboven - is het bereik van de ingangsspanning: met een ruim bereik tussen de 100 en 240V lust deze voeding, in combinatie met het juiste aansluitsnoer, overal ter wereld prik uit welke wandcontactdoos dan ook en kan je nooit meer de vaak rampzalige vergissing maken van het verkeerd instellen van het ingangsspanningsbereik (115 of 230V); iets waar al veel mensen behoorlijk mee op de koffie zijn gekomen. Als je mazzel hebt, is alleen
de zekering van de voeding kapot, maar het gebeurt nog maar al te vaakdat de voeding het helemaal begeeft, en in zijn val het moederbord met inhoud of een paar drives meesleept. Een kostbare zaak, die je kunt voorkomen door een dergelijk type voeding te nemen. Voedingen met variabele ingangsspanning: dat zouden meer voedingsfabrikanten moeten doen! 
Dat ruime bereik heb ik uitgeprobeerd: ik beschik in mijn *kuch* testlab over een netspanningsstabilisator van 1000VA, die door middel van een servogestuurde variac (regelbare transformator) de netspanning in evenwicht houdt. Handig bij het stabiel houden van de netspanning uit een aggegraat, maar met wat tweaks is hij ook heel goed als gewone servogestuurde variac te gebruiken. Ik ben niet langzaam van 100 naar 230V gegaan, maar heb de variac op een paar willekeurige vreemde spanningen gezet. De aangeboden spanningen blijven mooi stabiel, ook wanneer we de boel even lekker belasten door er een rijtje oude, stroomvretende IBM schijven uit een AS/400-server aan te hangen. De afwijkingen bedroegen enkele tienden tot honderdsten volts; daar zal geen moederbord of harddisk wakker van liggen.
Conclusie
Dit is een kast met mogelijkheden. Van de koelmogelijkheden krijgt een ijsbeer het koud, er zijn ruim voldoende drivebays en de ruimte in het vooronder biedt plaats aan extra grappen zoals een paar extra harde schijven (al dan niet in RAID-opstelling) of zelfs een waterreservoir en een pompje voor een waterkoeling-setup, al zul je dan wat met de luidspreker moeten schuiven. Wat het uiterlijk betreft; dit is een typisch love-it-or-hate-it-design.

Het is een design voor mensen die eens wat anders willen dan (saai) grijs, maar geen zin of tijd hebben om de kitspuit te pakken, de Dremel uit het vet te trekken en hun garage of schuur tijdelijk om te toveren tot een verfspuiterij. Dat daarvoor wel betaald moet worden is duidelijk: met een straatprijs van Onbekend zit deze kast qua prijs behoorlijk boven een standaard stalen kast. Maar vergelijkend met andere aluminium kasten valt de meerprijs voor de windowmod, de baybus en vooral de strakke paintjob reuze mee. Ook de algehele afwerking en het uitgebreide patchpanel onderin geeft een duidelijke meerwaarde; waar andere fabrikanten ophouden bij een USB- en/of IEEE-1394 aansluiting, is door Enermax ook aan het geluid en de gameport gedacht. Al met al een mooi afgewerkte kast met extra's voor de liefhebber.