Door Mark Timmer

Bestandssystemen en harddiskmanagement

01-08-2000 • 18:45

77

Singlepage-opmaak

FAT16

Zoals gezegd is FAT (File Allocation Table) het meest gebruikte bestandssysteem, vooral door particulieren. Reden hiervoor is dat haast iedereen Windows gebruikt (hoewel Linux steeds meer in opkomst is).
Het systeem is ontwikkeld in 1977, toen alleen diskettes nog maar ondersteund werden. Sindsdien is de FAT steeds verder verbeterd. Bij MS-DOS 2.0 werd voor het eerst een bestandssysteem geleverd, dat ook harde schijven aankon. Een hele doorbraak. De naam van dit systeem was FAT16.
Het getal 16 in de naam van FAT16 slaat op het aantal bits waarin een clusternummer kan worden opgeslagen. Hieruit volgt dat er in totaal 2^16-2 = 65536 clusters (2 – 65535) op de schijf aanwezig kunnen zijn, aangezien hogere clusternummers niet meer opgeslagen zouden kunnen worden.

Clustergroottes

Als er op elke harde schijf maar 65536 clusters aanwezig kunnen zijn, is het natuurlijk logisch dat de clusters bij een grote schijf groter moeten zijn dan bij een kleine schijf, anders zou niet alle ruimte benut worden. Het is makkelijk uit te rekenen hoe groot de clusters worden bij een bepaalde schijfgrootte:

FAT16Clustersize

Hierbij wordt de clustergrootte omhoog afgerond naar een macht van twee, dus 2, 4, 8, 16 of 32 (het maximum). De grootste schijf die ondersteund wordt is dus 65536 * 32 / 1024^2 = 2 GB.

Grotere clusters zorgen ervoor dat er veel ruimte verloren gaat. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat twee bestanden niet samen één cluster kunnen delen. Is een bestand bijvoorbeeld 3 Kilobyte en de clustergrootte 32 Kilobyte, dan gaat er dus 29 KB verloren. Dit wordt in computertaal ‘slack’ genoemd. Zouden de clusters kleiner zijn, dan zou er minder ruimte verloren gaan. Bij een clustergrootte van 4 KB zou er immers maar 1 KB slack ontstaan. Dit is dus 29 keer zo weinig! Natuurlijk is dit een extreem voorbeeld, maar je begrijpt wel dat er bij grote clusters veel meer ruimte verloren gaat dan bij kleine.
Klein nadeeltje van kleine clusters is dat de performance van de schijf er iets van naar beneden gaat, maar de meeste gebruikers zullen hier weinig tot niets van merken. Zeker bij snellere schijven kan je dus in de meeste gevallen beter kleine clusters hebben. Zie ook de pagina over partitioneren met uitleg over hoe je dit voor elkaar krijgt.